Starters willen werk, geen vast contract!

Verandering betekent niet altijd verbetering. Althans, dat is mijn verwachting van de nieuwe maatregel van het kabinet om werknemers met een tijdelijk contract al na twee jaar in plaats van drie jaar het recht te geven op een vast contract. De Tweede Kamer debatteert hierover aanstaande woensdag. De vraag is of werknemers hiermee sneller in vaste dienst komen, de bedoeling van de maatregel, of sneller ontslagen worden. Ik zie een groot gevaar voor starters op de arbeidsmarkt.

Hoe werkt het precies? Op dit moment kunnen werknemers maximaal drie tijdelijke contracten opeenvolgend krijgen in een periode van drie jaar. Het is mogelijk om na een pauze van drie maanden de werknemer weer (tijdelijk) in dienst te nemen. Een werknemer krijgt een vast contract (onbepaalde tijd) als hij binnen die drie maanden een nieuw contract krijgt aangeboden of als de drie contracten samen langer duren dan drie jaar. Deze ‘3x3x3-regel’ wordt als de nieuwe wet wordt goedgekeurd door Tweede en Eerste Kamer een ‘3x2x6-regel’. Werknemers kunnen slechts maximaal drie contracten in twee jaar krijgen, en daarna volgt een pauze van minimaal zes maanden. De hoop van het kabinet is dat de werknemer door deze maatregel sneller een vast contract krijgt; drie maanden kan de werkgever misschien wel zonder zijn werknemer, maar zes maanden niet. Bovendien geeft het de werknemer eerder zekerheid over zijn toekomst.

Veel jongeren en starters op de arbeidsmarkt hebben een tijdelijk contract. Ik ben ervan overtuigd dat zij de dupe worden van deze maatregel. Zij zullen namelijk sneller moeten wisselen van baan. Werkgevers zijn namelijk nog niet zo ver dat zij zomaar contracten met onbepaalde tijd ‘weggeven’. De helft van de jongeren tussen de 15 en 25 jaar heeft op dit moment een tijdelijke baan. Werkgevers werken in toenemende mate met deze tijdelijke contracten: in 2011 kregen slechts 2000 personen een vast contract, vergeleken met 83.000 in 2010. En dat is een probleem. Zo levert het onzekerheid op bij werknemers, en werkgevers zijn minder bereid te investeren in de werknemer door bijvoorbeeld opleidingen. De trend kan verklaard worden door de ‘crisis’ (waar is dit niet een argument voor) en ook een nieuwe kijk op arbeid. De tijd dat we veertig jaar voor dezelfde baas werken is voorbij.

Zolang ‘vast’ nog heel ‘vast’ is en werknemers met een vast contract nauwelijks van baan veranderen, is het nog te vroeg voor de ‘3x2x6’. Wat helpt wel? Inzetten op langdurige tijdelijke contracten van bijvoorbeeld vijf of zeven jaar. Dit geeft werkgevers de flexibiliteit die ze zoeken, en werknemers de zekerheid die ze nodig hebben. De jeugdwerkloosheid stijgt: in Utrecht is in 2012 het aantal niet-werkende werkzoekende jongeren (t/m 26 jaar) met 53% toegenomen tot ruim 1.100 op 1 januari 2013. De starters op de arbeidsmarkt om mij heen willen werk, niet per se een vast contract!

foto