Utrechtse startups dreigen Utrecht te verlaten

Negen Utrechtse startups schreven een brief in Duic ‘Wij willen in Utrecht blijven maar zo gaat dat niet lukken‘. De startups geven aan dat ze regelmatig door andere steden gebeld worden om zich daar te vestigen met aantrekkelijke regelingen om de overstap te versoepelen. “We willen niet weg, maar op deze manier wordt vertrekken wel de beste keuze voor onze bedrijven. Betaalbare bedrijfsruimte is heel schaars. En als we die zelf willen beginnen, ondervinden we weinig steun en lopen we tegen allerlei regeltjes aan.” Ze vragen aan de gemeente om geen kansen te laten liggen.

Gisteren bezocht ik een aantal van de startups. Eerst sprak ik met Menno van 2daysmood die de brief heeft ingediend namens de anderen. Hij vertelt dat hij het liefst in Utrecht wil blijven maar uiteindelijk moet hij wel voor zijn bedrijf kiezen. Hij is heel tevreden met het programma van UtrechtInc waar ze aan meedoen met het snel groeiende bedrijf. Menno benadrukt dat hij helemaal niet voor weinig geld ergens huisvesting wil, maar wil wel het liefst met andere bedrijven op één plek zitten en zit in andere regio’s aantrekkelijke voordelen. Het is fijn als ik bijvoorbeeld even bij Tommie van Edutainment Games kan checken hoe zij het doen. Het is toch anders dat anderen hier op de gang een paar deuren verder zitten.

Tommie zelf vertelt even later dat hij verwacht dat ook de gemeente bijdraagt aan innovatie in Utrecht. Hij is heel blij met zijn goedgekeurde aanvragen voor het Lokaal Economisch Fonds. Volgens hem is het juist zinvol als gemeente om te investeren in het versterken van het netwerk en vooral voor scaleups: de startups die zichzelf al bewezen hebben. Toen hij bij de gemeente aanklopte om te laten zien wat hun product voor het onderwijs kan betekenen werd verteld dat ze niet veel voor hem kunnen doen.

Anouk van Faqta vertelde mij al eerder dat ze vanuit Hilversum haar benaderd hebben om daar in de incubator te komen. “Echter, onze ‘roots’ liggen in Utrecht.”, zo vertelt Anouk. Ze geeft aan dat de startup grote waarde hecht aan de verbinding met de stad en de Universiteit Utrecht, een gerenommeerd instituut waar wetenschap en educatie nauw met elkaar verbonden zijn. “Er liggen hier voor de gemeente grote kansen om bloeiende startups die in de eerste groeifase verkeren passende huisvesting te beiden.” En Axel van TheFixedGearshop benadrukt dat startups risico’s nemen: ik heb een gat in de markt maar mijn concurrent zit mij op de hielen. Dit vraagt om slimme keuzes. Verschillende fietsonderdelen die hij verkoopt staan in de rekken in het kantoortje in Al16. De twee stagiaires zijn hard aan het werk.

Als raadslid heb ik al meerdere keren mij ingezet voor innovatie en het stimuleren van het startupklimaat. In reactie op de brief heb ik mondelinge vragen ingediend voor het vragenuur van de gemeenteraad. Ook kwam er een follow-up artikel in Duic en besteedde het AD Utrecht er aandacht aan. Bij de startups staat de telefoon roodgloeiend van huisvesters waar ze terecht kunnen; dat is alvast winst!

FullSizeRender

 

 

 

Expats in Utrecht

In Utrecht wonen en werken een paar duizend expats. De vrijwilligers van het Expat Center Utrecht helpen hen om zich in te schrijven bij de gemeente en bij allerhande vragen. Laatst had ik een ontzettend leuk telefoongesprek met vrijwilliger Arthur die vertelde over zijn werk. Als raadslid ben ik soms verrast over hoeveel vrijwilligers Utrecht wel niet kent!

Bij het expat centre zijn nu tien vrijwilligers werkzaam vanuit de internationale expatorganisatie ACCESS. Zij helpen niet alleen nieuwe expats bij hun inschrijving in de gemeente, maar ook beantwoorden zij vragen over huurcontracten of parkeervergunningen. De meeste vrijwilligers zijn zelf ook als expat in het buitenland werkzaam geweest of zijn als expat in Nederland. Ze weten als geen ander hoe fijn het is om contact te hebben met andere expats die kunnen vertellen hoe een en ander in een ander land werkt.

De reden dat ik met Arthur sprak is de engelse informatievoorziening vanuit de gemeente Utrecht. Het ‘bandje’ van het telefoonnummer van de gemeente Utrecht (030-286000) is geheel in het Nederlands en duurt ruim een minuut. Het telefoonnummer is overigens ook het telefoonnummer van het Expat Centre. Via geen enkele keuzeoptie komt een expat bij het Expat Centre. En hoe moet het dan als je een vraag hebt over de parkeervergunning? De engelse informatievoorziening is hard nodig voor deze doelgroep. Arthur liet me de engelse voicemailtekst horen die hij aan het opstellen was precies toen ik belde.

Tijdens het vragenuur van de gemeenteraad vorige week heb ik nagevraagd of de tekst ‘For English; please hold the line’ opgenomen kan worden in het bandje. De wethouder is positief en zal onderzoeken hoe dit kan – en of sowieso of het telefonisch keuzemenu niet wat korter kan!

Overigens zoekt het Expat Centre altijd nieuwe vrijwilligers die de engelse taal goed beheersten en willen helpen in het loket in het Stadskantoor!

schermafbeelding-2016-12-04-om-15-07-08

 

Welkom Primark?!

De Primark lijkt naar Utrecht te komen. De winkelketen heeft interesse in het voormalige V&D pand in Hoog Catharijne. Een vloek of zegen? Veel jonge meiden zijn blij. Gisteren zat ik in de trein met drie Utrechtse studenten die naar Den Haag waren gereisd om naar de Primark te gaan. Met volle tassen bezetten ze de coupé om weer huiswaarts te keren. Utrechtse ondernemers zien het ook zitten: op die plek in de stad een Primark trekt vele (nieuwe) klanten van Hoog Catharijne de binnenstad in. Maar er is ook veel kritiek op de komst: de winkelketen staat niet bepaald bekend om de fijne arbeidsrechten en ook duurzaamheid staat niet hoog in het vaandel.

Als gemeenteraad schreven we met bijna alle fracties een open brief om de Primark welkom te heten. In de brief wijzen we de directie op de hoge standaarden op het gebied van mensenrechten en duurzaamheid in Utrecht. Want ja, wat moet je op zo’n moment? Blij zijn met de komst van een bekende keten, en tegelijkertijd je afvragen of we hier wel zo blij mee moeten zijn.

Ik kreeg de vraag of we nu elke nieuwe winkel in Utrecht een brief gaan schrijven. Waarom Primark? Het klopt dat Primark niet de enige winkel is waar nog veel werk te doen is. Organisatie ‘Rank a brand‘ geeft de Primark een ‘D’ op het gebied van duurzaamheid. Net als overigens de Zeeman, Vero Moda en bijvoorbeeld Pieces. Merken als H&M, C&A en de Zara krijgen een ‘C’ en doen het daarmee iets beter. Ja, in theorie kunnen we alle bedrijven aanschrijven. Alleen Primark is het symbool geworden van de weggooi-cultuur: en laten we daarom de komst van de winkel niet zomaar aan ons voorbij gaan.

cyk2ftmw8aak-bb

 

Gemeente gaat ondernemers sneller betalen!

De gemeente gaat voortaan ondernemers direct bij goedkeuring van de factuur betalen in plaats van op dag dertig na de factuurdatum. In 2015 betaalde de gemeente 92,1% van de facturen niet binnen dertig dagen en daarmee te laat.. Samen met andere fracties stelde ik hierover vragen aan de wethouder na een bericht van Oscar op twitter.

Oscar is zzp’er en gaf aan dat zijn facturen vaker te laat betaald werden door de gemeente. De gemeente beloofde steeds beterschap maar de betaling kon soms wel drie maanden op zich laten wachten. Ook het aanmaken van een zogenaamd ‘verplichtingsnummer’ duurde lang tot grote ergernis van de ondernemer.

De antwoorden op de schriftelijke vragen zijn binnen en de gemeente zal dus voortaan sneller uitbetalen. Over het gemak om het verplichtingsnummer aan te vragen ben ik nog niet helemaal overtuigd door de reactie. Ik ben dus op zoek naar ondernemers die hun ervaringen kunnen delen: hoe gaat het verstrekken en aanvragen van het verplichtingsnummer?

 

 

Utrecht startupstad

Wist je dat Utrechtse startups het goed doen in Silicon Valley? Nee? Ik ook niet tot een paar maanden geleden.. Ooit gehoord van de Utrechtse startup Gitlab? Gitlab is een platform waar meer dan honderdduizend organisaties aangesloten zijn – zoals NASA, Nasdaq en Alibaba, om gezamenlijk software en programma’s te ontwikkelen en te beheren. Eén van de bekendste investeerders is de Amerikaanse acteur Ashton Kutcher. Ooit gehoord van Distimo? Dit is een andere succesvolle startup uit Utrecht, inmiddels overgenomen door App Annie. De startup leverde ontwikkelaars informatie over de herkomst van hun downloads en had kantoren in New York, San Francisco, Londen en Singapore. Maar ook andere startups zijn ontstaan en gevestigd in Utrecht, zoals Blendle, Thuisbezorgd.nl en Snappcar.

Wat is er zo bijzonder aan startups? Waarom worden we ermee om onze oren geslagen? En moeten we in Utrecht meedoen aan deze hype? Als je je beseft dat het grootste taxibedrijf ter wereld, Uber, geen auto’s bezit; de grootste onderneming waar je overnachtingen kunt boeken, Airbnb, geen hotels bezit; en de grootste retailer ter wereld, Alibaba, geen eigen inventaris heeft -> dan is er iets bijzonders aan de hand..

Startups zijn bijzonder omdat ze toewerken naar een snel schaalbaar business model. Gebruikmakend van technologie veroveren ze de wereld. Het gaat hier dus niet zozeer om startende bedrijven als zodanig. Daarbij maken startups veelal gebruik van bestaande producten en kennis waarbij bestaande bedrijven, conventies en ook de overheid uitgedaagd worden.

Uitdagingen, maar vooral ook kansen op het gebied van werkgelegenheid. De grootste groei in banen bevindt zich in snel groeiende nieuwe bedrijven. En dit levert uiteraard niet alleen banen op voor hoogopgeleiden. We zouden in Utrecht wel gek zijn wanneer we niet de voorwaarden scheppen om startups te laten groeien. Als partner meedoen aan startupUtrecht, een traineeplek creeren, het beleid op het gebied van citymarketing aanpassen, Utrechtse startups meenemen in het acquisitiebeleid, als launching customer optreden door als klant van startups een springplank te vormen.. Zo maar een greep uit de oplossingen om van Utrecht een startupstad te maken.

Samen met de werkgroep Economische Zaken van de D66 afdeling Utrecht heb ik onderzoek gedaan naar de kansen om de Utrechtse startups te versterken. In het rapport zijn veertien aanbevelingen gedaan. Tijdens de programmabegroting 2016 is mijn motie aangenomen waarin maximaal 200.000 euro voor een aantal aanbevelingen is vrijgemaakt. 

Schermafbeelding 2015-11-22 om 13.37.44

Weer werkzaamheden..

Een stad is nooit af: werkzaamheden zijn overal in volle gang. Niet altijd even fijn voor omwonenden, bedrijven en ook niet voor organisatoren van festivals. Helemaal niet fijn is het als werkzaamheden onverwachts plaatsvinden, terwijl je net een evenement organiseert! Vorige week zaterdag was ik op de Zelfgemaakte Markt op de Mariaplaats. Een markt die enkele malen per jaar plaatsvindt en vol staat met kraampjes waar zelfgemaakte artikelen worden verkocht. Ik had organisator Sanne al eerder gesproken omdat er tot twee keer toe onverwachts werkzaamheden waren op het plein.
Toen ik vanaf de Zadelstraat naar de Mariaplaats liep zag ik het al: werkzaamheden.. Ik zag Sanne en ze zei meteen: ‘Ik wilde je al mailen: er zijn wéér werkzaamheden. Ik hoorde dit pas dinsdag!’. De werkzaamheden waren aan één kant van het plein maar namen toch een deel van de vierkante meters in waarvoor de organisatie een vergunning had. Daarbij was het nou niet de entree die je wenst voor het evenement.
Bij eerdere onverwachte werkzaamheden was Sanne ook slechts enkele dagen van te voren gewaarschuwd, en een andere keer moest Sanne er zelf achter komen. In goed overleg met de gemeente is steeds het evenement iets anders opgesteld. Het contact met de gemeente was goed, en er is elke keer samen naar een oplossing gezocht. Toch vraagt ze af hoe dit heeft kunnen gebeuren. “Als ik een vergunning heb voor een evenement kan het toch niet zo zijn dat hier onverwachts werkzaamheden plaatsvinden?!”.
Hoe ga je als gemeente om met organisatoren van evenementen die een vergunning hebben? Hoe stem je geplande werkzaamheden af op evenementen? Ik wil hier graag oplossingen voor bedenken samen met de afdeling Vergunningen van de gemeente. De volgende markt is helemaal in kerstsferen en vindt plaats op 12 en 13 december: hopelijk zonder werkzaamheden.IMG_2030
IMG_2035
IMG_2044

‘Traag of vaag’: de gemeente versus initiatiefnemers uit de stad

De gemeente is traag; langzaam met reageren, overlegt veel, is bureaucratisch. Creatieve ondernemers zijn vaag; maken wilde plannen, veranderen continue van ideeën, zijn onduidelijk. Deze tegenstelling werd in de inleiding genoemd van de bijeenkomst van het Utrechts Verbond samen met de gemeente op 9 september in RASA. De vraag stond centraal hoe de gemeente en Utrechtse initiatiefnemers elkaar beter konden verstaan. Een goede avond waar vooral begrip voor elkaars belangen en wijze van communiceren centraal stond.

Want de gemeente kan soms een oerwoud zijn waar ondernemers zich een weg moeten banen in formulieren en bedolven worden onder informatie. En waarbij je vervolgens acht weken moet wachten totdat je een reactie krijgt. Dat er vervolgens in die acht weken bij bijvoorbeeld een aanvraag voor een vergunning meerdere afdelingen binnen de gemeente meekijken en vaak ook politie, brandweer, GGD, ziet een ondernemer niet altijd. De gemeente heeft te maken met regels om de veiligheid te waarborgen, overlast voor de buurt te beperken en aan milieuvoorschriften te voldoen et cetera. Ondernemers geven aan daarvoor begrip te hebben, maar het voelt soms als lange procedures die niet efficiënt zijn. Een festivalorganisator vroeg zich tijdens de avond in RASA af waarom je elk jaar voor hetzelfde evenement weer dezelfde aanvraag moet indienen en alles weer door de molen gehaald moest worden. Toen gezegd werd dat dit kwam doordat regelgeving nog weleens veranderd en ook vaak toch kleine wijzigingen zijn in het festival ontstond begrip en werd er doorgepraat over de mogelijkheden om festivals te evalueren en direct voorbereidingen te treffen voor volgend jaar.

Een aantal ondernemers gaf tijdens de avond aan dat de gemeente soms als een onpersoonlijk wordt ervaren. Culturele ondernemers hebben behoefte aan persoonlijk contact in plaats van een onpersoonlijk emailadres als evenementen@utrecht.nl waar je niet weet wie met je vraag aan de slag gaat en of je vraag wel goed overgedragen wordt. Voor de gemeente nog niet zo makkelijk; want wat doe je als een medewerker ziek wordt? En schuilen er nog obstakels in het nadrukkelijk werken met contactpersonen? Volgens mij problemen die oplosbaar zijn. De avond in RASA maakte wel duidelijk wat het oplevert als ondernemers in gesprek gaan met ambtenaren: de werelden worden kleiner, er ontstaat meer begrip en er worden concrete oplossingen voorgesteld.
IMG_1986

Persbericht: Moderniseer Utrechtse winkeltijden

D66 wil dat de winkeltijden in Utrecht gemoderniseerd worden. D66-raadslid Jony Ferket pleit hier donderdag voor in een commissievergadering van de gemeenteraad. Ferket: “D66 wil de regeldruk voor winkeliers verminderen en tegelijk aansluiten bij de wensen van bewoners om ruimere openingstijden mogelijk te maken. D66 wil dat de Utrechtse winkeltijden gemoderniseerd worden!”

Minder regels 

De huidige regels over winkeltijden in Utrecht kennen volgens de fractie nog veel onduidelijkheden en uitzonderingen. Voor een openstelling tot middernacht is nu bijvoorbeeld nog een ontheffing nodig. Op zondag mag zo’n winkel dan bovendien pas om 16:00 open in plaats van om 10:00. D66 wil dat er eenduidig beleid komt voor de regels over winkeltijden. Ferket: “Ondernemers én bewoners vragen om moderne openingstijden. D66 wil dat Utrechters hun boodschappen kunnen doen wanneer het hen uitkomt: of het nu vroeg in de ochtend is, laat in de avond of zelfs ’s nachts: zolang we met elkaar duidelijke afspraken maken en overlast voorkomen, moet de gemeente dit mogelijk maken. ”

Nachtwinkels 

In tegenstelling tot andere grote steden, kent Utrecht geen nachtwinkels. Ook hier wil de fractie graag ruimte voor maken. D66-wethouder Kreijkamp (Economie) geeft aan enthousiast te zijn om de mogelijkheden hiervoor in Utrecht te onderzoeken. Daarnaast gaat Kreijkamp de hele winkeltijdenverordening vernieuwen, zodat er meer ruimte en vooral meer duidelijkheid komt voor winkeliers en bewoners. Nog voor het eind van het jaar zal dit gebeuren. Ferket: “Het is goed dat de regels worden opgeschoond, rechtgetrokken en dat er wordt gekeken naar een manier om de winkeltijden verruimd worden. Ook nachtwinkels hebben wat D66 betreft in Utrecht een plek.”

 

10968579_10152678650875994_2875276259163762020_n

 

 

 

 

 

Foto: CC BY 2.0 Christian Schnettelker (www.manoftaste.de)

Persbericht: D66 investeert met LEF in Utrechtse economie

D66 is blij met de komst van een Lokaal Economisch Fonds ter versterking van de Utrechtse economie. Dit fonds gaat de structurele werkgelegenheid stimuleren. Donderdag besloot de raad dit fonds van acht miljoen euro in te stellen. D66-raadslid Jony Ferket: “D66 staat voor meer werk. Met het LEF investeert Utrecht miljoenen in de economie. Zo werken we samen met onze ondernemers aan de laagste werkloosheid van Nederland!”

Blijvende banen

Het fonds vloeit voort uit het coalitieakkoord en is een speerpunt van D66. Bedrijven kunnen hier aanspraak op maken als zij een initiatief hebben dat blijvende banen mogelijk maakt. Ferket: “Het LEF is een manier om innovatieve ondernemers te stimuleren om op alle niveaus blijvende banen te creëren. Geen ouderwets banenplan, maar een moderne banenmotor die op basis van cofinanciering zorgt voor meer werk.”

Samenwerking

Het fonds is tot stand gekomen na intensieve samenwerking tussen de gemeente, ondernemers, kennis- en onderwijsinstellingen. Zowel in de raad als in de stad is het fonds daardoor verzekerd van groot draagvlak. Ferket: “Utrecht maken we samen, is het motto van deze coalitie. Door nauwe samenwerking met partners in de economie en binnen het onderwijs werken we in Utrecht met het LEF samen aan werk. Dankzij deze investering maken we honderden extra banen en stages mogelijk op alle niveaus!”

Mijn maidenspeech

Voor de eerste keer in de gemeenteraadsvergadering spreken is iets bijzonders: de maiden speech. Na ruim een half jaar ‘wachten’, was het vlak voor het kerstreces mijn beurt. Sommigen vroegen aan mij waarom ik toen pas het woord voerde. Dit komt omdat veel onderwerpen niet besproken worden in de raadsvergadering: je stelt vragen in één van de commissievergaderingen, je brengt iets onder de aandacht bij ambtenaren of via de (social) media. Toch is de raadsvergadering – hoe ouderwets sommigen het ook mogen vinden – hét podium voor raadsleden. Vooral omdat wij hier van ons stemrecht gebruik (kunnen) maken.

Ook in de Utrechtse gemeenteraad komen er verschillende gebruiken om de hoek kijken wanneer een raadslid een maidenspeech houdt. Zo wordt verwacht dat je uiteenzet waar je voor staat, wat je belangrijk vindt en wat je wilt bereiken in je raadsperiode. Tegelijkertijd ligt er een specifiek raadsvoorstel tijdens het agendapunt voor, waarvan verwacht wordt dat je erop reageert. Eén van de belangrijke gebruiken is dat er geen vragen door andere raadsleden tijdens je bijdrage mogen worden gesteld. Oftewel er mogen geen interrupties worden gedaan. En het leukste is dat je aan het einde van de raadsvergadering wordt toegesproken door de nestor (het gemeenteraadslid dat het langst zitting heeft).

Ik kijk met veel plezier terug op mijn maidenspeech op 18 december: het besluit tot voortzetting van het Ondernemersfonds is een politiek onderwerp waar de meningen over verdeeld zijn en bovendien sluit het onderwerp goed aan bij mijn eigen politieke agenda. Mijn maiden speech is terug te bekijken via deze link en vind je hieronder:

 

Maiden speech 18 december 2014

Maidenspeech uitgesproken op 18 december 2014 over het Ontwerpraadsvoorstel Voortzetting Ondernemersfonds Utrecht 2015-2019

“Een zielig snoertje kerstverlichting, Voorzitter! We kunnen met z’n allen afspreken dat het daarmee begonnen is… Zielig gespannen tussen twee winkels. En die ondernemers maar met de pet rond in de straat voor een prachtig gezamenlijk kunststuk. Maar het verhaal ging dat niet iedereen meebetaalde.. Kerstverlichting, voorzitter, lang heb ik gedacht om mijn maiden speech helemaal te wijden aan dit onderwerp. Hoeveel meter snoer kerstverlichting hebben we eigenlijk in Utrecht? Een mooie vraag voor het college (aan de wethouder kerstverlichting!). Wat levert het de stad aan inkomsten op dat de straten op deze donkere avonden gezellig verlicht zijn? Hoewel sommigen in de stad en wij in de raad er soms wat lacherig over deden de laatste weken, gaat het toch wel ergens over. En als we op de fiets vanavond naar huis rijden is het goed om hierbij stil te staan.

Ik ben raadslid, Voorzitter, omdat ik een mooi Utrecht wens voor huidige en toekomstige generaties. Een fijne stad om te wonen, werken en te studeren. Ik ben raadslid om meer werk mogelijk te maken, en ondernemers de ruimte te bieden om te ondernemen. Om initiatieven mogelijk te maken. Om een initiatief als het Ondernemersfonds, mogelijk te maken.

Het ondernemersfonds is opgericht door en voor ondernemers. En de ondernemers willen door! Want het geplaagde probleem van ‘free riders’ wordt opgelost (zij die wel profiteren van de kerstverlichting maar niet meebetalen), de samenwerking tussen ondernemers en andere partijen in de stad neemt toe en de stad als geheel wordt aantrekkelijker door het fonds. We hebben de afgelopen drie jaar mooie voorbeelden gezien van de bestedingen uit het fonds: de ondernemers op de Biltstraat die buurtbewoners vroegen wat voor invulling zij het liefste zagen van leegstaande panden en die zich nu voorbereiden op de komst van de Tour, de kerstmarkt en de activiteiten rondom Winter Utrecht vanuit het onder andere Centrum Management Utrecht, het parkmanagement op bedrijvenpark De Wetering-Haarrijn, en de activiteiten van stichting Utrecht Science Park. En een ontzettend mooie bijvangst is dat de ondernemers- en winkeliersverenigingen elkaar gevonden hebben; ze zijn zich nog beter gaan organiseren, werken samen, en hebben nu ook echt iets te verdelen. D66 is dan ook een groot voorstander van het fonds.

Voorzitter, voor mij is de rol van de gemeenteraad het bieden van ruimte aan dit soort initiatieven, het wegnemen van belemmeringen, het verbinden van inwoners en partijen in de stad, en het samen (!) doen. Initiatieven als het ondernemersfonds komen ‘van onderop’ – zo noemen wij dat voorzitter; alsof wij ‘van boven’ zouden zijn. Nee, het gaat om het faciliteren van goede ideeën en samen de handschoen oppakken.

Alle ozb-niet woningen betalers betalen wat extra en leggen zo bij aan het ondernemersfonds. En dus ook de gemeente! De gemeente is namelijk ook vastgoedeigenaar en draagt daarom vanaf het begin bij aan het fonds, en neemt deel in de trekkingsgerechtigde gebieden. Ondernemers vragen de gemeente om mee te blijven betalen. Als we Utrecht samen maken: zou het toch wel een vervelend kerstkado zijn om als gemeente niet meer bij te dragen in de trekkingsgebieden? Het is 18 december voorzitter, de vooravond van kerst, je zou toch op zijn minst moeten zorgen voor een gesprek hierover met ondernemers en een zachte landing?

Ook ik zie wel waar de schoen wringt. Want de positie van de gemeente is, ook al doe je het samen, toch een bijzondere. Ondernemers vragen van de gemeente om zich terughoudend op te stellen en geen politiek te bedrijven in de trekkingsgebieden. Deze vermenging van de publiek-rechtelijke en privaat-rechtelijke rol van de gemeente als vastgoedeigenaar ligt op de loer. Wat te doen? Er nu zomaar tussenuit, zoals een aantal fracties wil, en als gemeente niet meebetalen? Mijn fractie wil er niet zomaar tussenuit! Laten we daarom in de lijn van de gedachte van het fonds, dat door en voor ondernemers is, in gesprek gaan met die ondernemers: om samen te zoeken naar een oplossing. D66 onderstreept daarom het voorstel van het college, om met stichting Ondernemersfonds Utrecht en de ondernemers te spreken over de rolinvulling van de gemeente, en nog voor de VJN over de rolinvulling terug te komen bij de raad. En daarbij te zoeken naar een structurele dekking van het geld voor de gemeentelijke bijdrage vanaf 2016. Mogelijk komen we samen met ondernemers op goede ideeën: het geld zou naar stadsbrede initiatieven kunnen, inzet op citymarketing, co-financiering en daarmee zou de gemeentelijke bijdrage niet meer verlopen via de stichting Ondernemersfonds Utrecht in de trekkingsgerechtigde gebieden. Maar laten we dit nou samen doen vragen ondernemers ons, en niet, zoals sommige fracties willen, nu al besluiten om te stoppen met de gemeentelijke bijdrage.

Voorzitter, als raadslid wil je het goede doen. De valkuil is dat je op de stoel van het college, op die van de ambtenaar of op die van de ondernemer gaat zitten. Dat je teveel wilt dicteren, zelf wilt verzinnen. Natuurlijk vanuit goede bedoelingen. Terwijl af en toe niets doen ook een te verkiezen optie is. Dit brengt mij op het onderwerp onderbesteding in het ondernemersfonds. Want een aantal raadsleden hier in de zaal staan te trappelen om hier iets te regelen… Een aantal gebieden kent onderbesteding. Dat is volgens D66 ook niet heel gek als je beziet dat het fonds feitelijk pas ruim twee jaar in werking is. Daarbij waren nog niet alle gebieden goed georganiseerd en kwamen er in 2014 strengere aanbestedingsregels. Ook geven sommige ondernemers aan dat zij expres afwachten met grotere investeringen – zij sparen of wachten op de verlenging zodat een grotere tijdshorizon ontstaat. Aangezien het fonds door en voor ondernemers is; lijkt het D66 goed om het vraagstuk van onderbesteding bij ondernemers zelf te laten. We begrijpen andere fracties niet die hier op de stoel van de ondernemers willen zitten.

Voorzitter, als raadslid wil je helder zijn. Je houden aan je verkiezingsprogramma. This lady is not for turning. In de commissie hebben we aangegeven het collegevoorstel te steunen, door te gaan met het ondernemersfonds en door te gaan met de gemeentelijke bijdrage in 2015 en dat doen we nog steeds. D66 houdt vast aan de lijn om van Utrecht een toekomstbestendig Utrecht te maken, samen met inwoners en ondernemers in de stad. Oh, ja voorzitter: en met kerstverlichting.”